Aan mijn coronapatiënt, een gezonde dertiger, moest ik bij opname op de intensive care vertellen dat er een kans was dat hij zou overlijden, vertelt de intensivist van een covid-afdeling aan De Volkskrant. Zijn patiënt begon heel hard te huilen en zei: ‘Ik heb een kind, dat kan niet.’
Op dat moment moest de arts even de kamer uit. ‘Ik heb een kind van dezelfde leeftijd. Maar de patiënt zat met zijn eigen emoties. Hij hoeft niet te zien dat ik die ook had.’
De dertigjarige patiënt is overleden.
De arts vertelt dat hij slecht heeft geslapen, hij vraagt zich af: ‘Wat hebben we gemist? Heb ik iets over het hoofd gezien? Er is soms geen peil te trekken op deze ziekte. Dit zijn de momenten waarop ik breek.’
Professionals in de zorg doen hun uiterste best om het menselijk leed te verlichten. Tegelijkertijd is er veel leed dat niet weg te nemen is. Invaliditeit, blijvende klachten na een behandeling, chronische ziektebeelden, overlijden van de patiënt, dat zijn vormen van leed die zorgverleners niet weg kunnen nemen. Hoe ga je als zorgverlener hiermee om?
De verhalen over de zorg aan coronapatiënten raken mij ook. Wat me opvalt aan het verhaal van de intensivist is hoe hij geconfronteerd wordt met zijn eigen emoties. Dat blijkt ook uit een onderzoek naar werkdruk van het CBS en TNO. Artsen staan in de top drie van beroepen met de hoogste werkdruk (samen met onderwijzers en koks), waarbij ze aangeven dat naast de lange werkweken die ze maken, het vak vooral emotioneel zwaar is. De zorgsector stond al lange tijd onder de druk, 15% heeft symptomen van burn-out, ze slapen slechter, piekeren veel, voelen zich emotioneel en mentaal uitgeput en leeg aan het eind van de werkdag.
Empathievalkuil
Wat zorgt ervoor dat het vak emotioneel zwaar is? En hoe kunnen zorgverleners zichzelf beschermen tegen hun emotionele reacties? Veel zorgverleners krijgen in hun opleiding geleerd hoe belangrijk het is om empathie te hebben met hun patiënten. Maar wat is het effect van empathie? De intensivist dacht aan zijn eigen dochter, hij ging in de schoenen van de jonge vader staan, en voelde welke heftige emoties dit teweegbracht waardoor hij de kamer verliet. Misschien denk je: dat is toch mooi, een arts die zo meevoelt met zijn patiënt.
Empathie put ons echter uit en is de snelweg naar burn-out, betoogt Yalepsycholoog Paul Bloom in zijn boek Against Empathy, the Case for Rational Compassion,Bloom is gespecialiseerd in de ontwikkeling van en het vermogen om onszelf en anderen te begrijpen, Hoe kan het dat zo’n prachtige eigenschap ‘je inleven in anderen’, door velen gezien als de ultieme bron van goedheid, zulke desastreuze gevolgen kan hebben?
Belangrijk om te noemen hier is wat we onder empathie verstaan. Empathie wordt meestal onderscheiden in emotionele en cognitieve empathie. Bij emotionele empathie voel je mee wat de ander voelt. Bij cognitieve empathie probeer je te begrijpen wat er in iemands hoofd omgaat, wat geeft hen pijn, verdriet, vreugde, zonder het zelf te voelen.
Voelen wat een ander voelt
Laboratoriumstudies laten zien dat wanneer mensen gevraagd wordt te voelen wat een ander voelt, de ervaring hen vaak ongelukkig en somber achterlaat. Breinonderzoeker Tania Singer ontdekte dat in het brein verschillende gebieden worden opgelicht bij voelen wat een ander voelt of begrijpen wat een ander voelt (cognitieve empathie).
Voor een studie vroeg Singer een groep proefpersonen iedere dag met gesloten ogen een kwartier lang empathie te voelen. Na die week stonden ze veel somberder in het leven. Als ze de proefpersonen vervolgens vraagt om niet in de schoenen van de ander te staan, maar compassie te voelen: emotioneel afstand houden en tegelijkertijd zo veel mogelijk warmte, zorg en liefde op te roepen, voelen ze zich een stuk beter.
Empathie en compassie in het brein
Singer zag dat in het brein totaal andere delen werden geactiveerd. Empathie activeert vooral de ‘anterior insula’ (het gebied dat zintuiglijke prikkels samenbundelt binnen een emotionele context). Bij compassie lichtte echter de ‘corpus striatum’ en de ‘orbitofrontale cortex’ op. Dit laatste gebied wordt ook wel de dirigent van ons brein genoemd. Het is het gebied van plannen, prioriteiten stellen, aandacht erbij houden, angst en paniek in toom houden, verleidingen weerstaan en adequaat reageren op stressvolle gebeurtenissen. Als we het leed van anderen voelen, raken we zelf gestrest en hebben we minder toegang tot dit deel van ons brein. Zo werkt onze overlevingsrespons.
Als de checker in ons brein een situatie als bedreigend markeert, slaat het vecht- en vluchtsysteem aan om ons voor te bereiden op actie. De pijn van anderen voelen werkt zoals een schakelaar in het brein: we voelen de emoties in ons lichaam en de toegang naar het denken raakt geblokkeerd. We schakelen over op onze automatische respons: vechten, vluchten of bevriezen.
Ik voel je pijn
Volledige emotionele empathie in de zin van ‘Ik voel je pijn’ is vermoeiend en uitputtend. Zo worstelen meevoelende en zorgverleners met hun beroep. En helpt het wel? Als we onszelf voorstellen in die situatie en aannemen dat de andere persoon hetzelfde zal voelen, dan neem je aan dat de ander gelijk aan jou is, en dezelfde ervaring zal hebben. Zegt het niet eerder iets over hoe wij de situatie beoordelen?
En als plaatsvervangend lijden de uitkomst is van empathie, is het dan een kracht om anderen te helpen? Zoals we zagen bij de arts die meevoelde met zijn patiënt en heel respectvol de kamer verliet, raken we eerder van streek door onze emoties. Het emotionele leed van anderen voelen brengt ons in een hoge staat van arousal, waardoor we moeilijker helder kunnen nadenken.
Kalm, professioneel, respectvol
Als we niet meevoelen met anderen, zijn we robotten, dan gaan we niet een band aan met onze patiënten of cliënten, werp je als zorgprofessional misschien tegen. Maar is dat zo? Mensen in nood willen respect, compassie, vriendelijkheid en aandacht. We willen dat de ander kalm is wanneer wij bang zijn, weten wat hen te doen staat, wanneer wij onzeker zijn. Als ik op de trauma-afdeling aankom, vraag ik niet om empathie met mijn leed, maar om actie om mij te redden, om mij juist te zien als een probleem dat opgelost moet worden om zo de best mogelijke zorg te kunnen geven.
We kunnen betrokken zijn bij de ander en begrip hebben, terwijl we tegelijkertijd emotioneel afstand houden van onze eigen gevoelens. Dit is een vaardigheid die je kunt leren. Wat we verstaan onder empathie – vriendelijkheid, compassie, sociale intelligentie – kunnen we bereiken door onze compassie te trainen. Het is bovendien niet zo dat empathie automatisch leidt tot vriendelijkheid, het is eerder zo dat het zich verbindt met vriendelijkheid die al bestaat, schrijft Bloom. Empathie maakt vriendelijke mensen betere mensen omdat vriendelijke mensen anderen niet willen zien lijden en empathie zet een spotlicht op het lijden van anderen. Empathie laat je lijden wanneer je geconfronteerd wordt met degenen die lijden, wat kosten met zich meebrengt en je minder effectief maakt in het helpen. Daarom werkt een empathietraining niet, en is een compassietraining superieur, betoogt Bloom.
Compassie daarentegen stimuleert prosociaal gedrag, je vergroot positieve gevoelens en veerkracht, dit bevordert het omgaan met stressvolle situaties. Dit is niet alleen gunstig voor de professionele hulpverlener, het helpt bij stresvolle omgeving in het algemeen.
Compassie heeft alle voordelen van empathie, zonder de nadelen
Een arts vertelt Bloom in zijn onderzoek naar empathie in de medische context: ‘Ik dacht dat ik minder behulpzaam zou zijn als ik mijn emotionele reactie op pijn af zou sluiten. Het verschil tussen empathie en compassie helpt me begrijpen dat emotioneel afstand houden geen slecht persoon van me maakt. Het is een opluchting dat ik actief mijn emotionele reactie af kan sluiten, zonder mijn compassie te verliezen.’
Compassie is een vaardigheid die je kunt leren
Centraal hierin staat het woord aandacht. Als je het verhaal van je patiënt hoort, waar gaat je aandacht naar toe, naar wat zijn verhaal in jou te weeg brengt? Dat is je automatische reactie, je inlevingsvermogen wordt geactiveerd. Je herkent dat je je naar en vervelend gaat voelen.
Het is de kunst om je aandacht weer naar de ander te brengen, dat kan bijvoorbeeld door de methode van actief luisteren: luisteren, samenvatten en doorvragen, herhalen wat de ander zegt, stilte laten vallen en doorvragen.
Diverse technieken die je kunt trainen:
- Leren herkennen wanneer het automatisme ‘voelen wat de ander voelt’ aangaat. Waar voel je het leed van de ander in je lichaam?
- Labelen van je reactie. ‘Ah, mijn empathieknop gaat aan, herken je emotionele reactie, benoem hem en ga naar stap 3.
- Aandacht naar de ander door actief te luisteren. Dit is je professionele houding, zo stap je in een gesprek: vriendelijk, medelevend, gericht op de feiten, samenvatten, eventueel doorvragen. En tegelijkertijd:
- Moed oefenen. Moed om te doen wat nodig is, soms in het belang van iets groters dan deze ene patiënt.
- Voel mee met de ander: maak contact met gevoelens van zorgzaamheid, warmte, vriendelijkheid, liefde.
Hoe ga je om met je emotionele reactie?
* herken je emotionele reactie op het leed van de ander
* neem een pauze. Voel je voeten op de grond. Richt je aandacht op je ademhaling.
* sta jezelf toe te voelen wat je voelt, zonder het te willen interpreteren, analyseren
* in deze ruimte tussen stimulus en respons kies je of je de bekende route neemt of een nieuwe route die je helpt wat afstand te houden tot de emoties van anderen.
Wanneer leef je te veel mee? Herken je jezelf in deze uitspraken?
- de behoeften van andere mensen zijn belangrijker dan die van mij
- ik kan geen nee zeggen als iemand mij om hulp vraagt
- ik maak me vaak zorgen over de problemen van anderen
- ik zorg goed voor anderen, anderen zorgen niet voor mij
- ik voel me ongemakkelijk als ik steun krijg
Spreekt dit artikel je aan? Oda Salomons is coach, trainer en psycholoog. Ze is gespecialiseerd in het begeleiden van professionals in de zorg op het gebied van stress en burn-out. Neem contact op voor een individueel coachtraject of een training op maat.
Bronnen:
- Bloom, Paul. (2016). Against Empathy: The Case for Rational Compassion. Ecco
- Effting, Maud en Willem Feenstra, (19 april 2020), Als de maskers afgaan, spreken de gezichten, De Volkskrant
- CBS (2017), Koks voelen meeste druk om snel te werken, //www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2017/14/koks-voelen-meeste-druk-om-snel-te-werken